Van openbare verlichting naar “Smart City”
Alleen verlichten waar, wanneer en zoveel als nodig: dat is het uitgangspunt van de nieuwe (concept-) beleidsnota Openbare Verlichting 2018-2022 “Slim Verlichten”, die momenteel ter inzage ligt. De vorige nota dateert alweer vanuit 2005 en de ontwikkelingen hebben sinds die tijd niet stil gestaan. Nieuwe technische ontwikkelingen, maar ook maatschappelijke ontwikkelingen op het gebied van duurzaamheid (m.n. energiebesparing) worden in de nieuwe beleidsnota dan ook voluit meegenomen.
Openbare verlichting is best een belangrijk item in het gemeentelijk beleid. Ook niet helemaal vrijblijvend want in het kader van verkeersveiligheid heeft de gemeente gewoon ook een zorgplicht voor een goede en veilige verlichting in de openbare ruimte. Ook sociale veiligheid kan daarbij een rol spelen. Financieel gezien gaat het ook om een aanmerkelijk belang: in de begroting is een jaarlijks budget van 265 duizend euro opgenomen voor vervanging van lichtmasten en armaturen, terwijl er voor energiekosten een jaarlijks bedrag van 194 duizend euro nodig is. Nog een paar cijfers: in onze gemeente staan bijna 10.000 lichtmasten met uiteraard de nodige armaturen en lampen; daarnaast zijn er nog ruim 200 andere elementen zoals informatiezuilen en grond- en gevelspots. De lichtmasten hebben een gemiddelde levensduur van 40 jaar; de armaturen met lampen gaan gemiddeld 20 jaar mee. Voor vervanging van versleten masten en armaturen is in de komende vier jaren een bedrag nodig van 3,7 miljoen. De lasten aan afschrijving en rente komen dan uit op ca. 210 duizend euro per jaar en dat bedrag kan binnen de huidige begroting gedekt worden. Het betreft echter een zeer voorlopige berekening. In een later stadium wordt de definitieve berekening opgemaakt.
Uitgangspunt van de nieuwe beleidsnota is, zoals al gesteld alleen verlichten waar, wanneer en zoveel als nodig. Dat betekent op de eerste plaats dat er een forse energiebesparing gerealiseerd moet gaan worden. In de nu nog lopende raadsperiode moet er op basis van coalitieafspraken al 15% op de totaal verbruikte hoeveelheid energie bespaard worden (incl. de openbare verlichting). Die doelstelling wordt overigens ook royaal gerealiseerd. Maar dat is niet genoeg: vanuit het Nationaal Energieakkoord ligt er een streven om in 2030 50% minder energie te verbruiken, specifiek voor de openbare verlichting. In 2020 moet al 40% van het totale areaal voorzien zijn van slim energiemanagement. Of die ambitie ook inderdaad gehaald wordt, dat is de vraag want 2020 nadert al snel.
Nu moeten er in de komende beleidsperiode een aanzienlijk aantal lichtmasten en armaturen vervangen gaan worden, niet vanwege dit nieuwe beleid, maar gewoon omdat die apparatuur aan het einde van de levensduur zit. Dat biedt natuurlijk wel kansen om het nieuwe beleid vorm te gaan geven. Nieuwe (technische) ontwikkelingen moeten daarbij nauwlettend bijgehouden worden. Want openbare verlichting wordt steeds slimmer “Smart Lighting” en krijgt in combinatie met andere systemen in de openbare ruimte steeds meer een spilfunctie. Openbare verlichting is de drager voor allerlei andere zaken zoals afvalniveaubewaking, parkeersystemen, intelligente verkeersafwikkeling, sensoren voor luchtkwaliteit en watermeting e.d. Tegenwoordig wordt dat aangeduid met de term Smart City (zie de afbeelding hierboven). Het nieuwe beleid gaat bovendien uit van een nauwe samenwerking met direct betrokkenen, inwoners, bedrijven andere belanghebbenden. Want de mensen in de buurt weten natuurlijk het best aan welke eisen de verlichting in hun buurt moet voldoen, waar, hoeveel en hoe lang is verlichting op bepaalde plaatsen wenselijk of noodzakelijk.
Het plan ligt nog tot 7 februari ter inzage. Gedurende die tijd kan iedereen een zienswijze indienen. U kunt het plan elders op deze site ook inzien. Kijk daarvoor op de actueel-pagina.
Kees Musters
Drunen, vrijdag 26 januari 2018
Volg mij ook met korte berichtjes op: www.twitter.com/keesmusters